Adelrichheim
De eerste geschriften

Lorscher codex
In het 32ste jaar van de heerschappij van Karel de Grote, als ook op de Valkhof in Nijmegen wordt gebouwd, vindt er een ruil plaats tussen een inwoner van Gendt en het klooster van Lorsch. In de codex is terug te vinden dat daar een boerderij wordt geruild in Adelrichheim. Het is voor zover bekend de eerste vermelding van wat later Erlecom zal zijn. Dat is althans wat in Namen op de Kaart, oorsprong van geografische namen in Nederland en Vlaanderen, van Riemer Reinsma, vermeld staat.
Al wordt in sommige literatuur geschreven dat Adelrichheim de vroegere naam is van Erichem (in de huidige gemeente Buren) verwijst de Universiteit van Heidelberg, die de Lorscher Codex online heeft staan, met coördinaten naar het huidige Erlecom.
Klooster Lorsch
Het is het jaar waarin Karel de Grote tot keizer wordt gekroond. Het klooster in het Duitse Lorsch werd in die tijd belangrijk. Het kreeg steeds meer bezit in Duitsland en ook in Nederland. Rond het jaar 800 is in Gannita (Gendt) een aantal schenkingen aan het klooster gedaan van goederen, zo schrijft Yvonne de Boer-Ravestein in het boek Gendt, tussen Kraaijenbosch en Knienepol. Om het toenemend aantal bezittingen in Nederland te beheren werd in Gendt een voorpost van het klooster ingericht: de Munnikhof.
Adelrichheim betekent waarschijnlijk zoveel als 'het huis van Adelrik'.

De ware kijk op...

Maar dat is niet de enige lezing. Alfred Delahaye, van 1946-1957 wetenschappelijk archiefambtenaar (adjunct-archivaris) van Nijmegen en bekend om zijn controversiële geschiedkundige theorieën, meent dat de term Batua (of Batouwe) die onder andere in de Lorscher Codex wordt gebruikt niet slaat op de huidige Betuwe maar op de streek Béthune in Noord-Frankrijk.
Hij plaatste de 130 plaatsnamen die in de Codex worden genoemd daar. Zo veel plaatsnamen (hij komt zelfs op 550) zijn er volgens hem rond die tijd helemaal niet in wat nu de Betuwe is. Noviomagus is niet Nijmegen, zegt hij, maar Noyon. De toeschrijving van al deze plaatsen en de streek Batua aan Nijmegen is wetenschappelijke fraude, aldus Delahaye.
Adelricheim (Lorsch 772) (Lees: Walricheim) is Warcove, gehucht van Audembert, op 5 km noord van Marquise. De plaats is vermoedelijk een andere dan Adricheim - Audrehem. Hij schrijft het in De ware kijk op..., Deel 1, Noyon, het land van Béthune en Frisia.
Marquise ligt ten zuid-westen van Calais, en dichter bij het Belgische Gent dan bij Gendt in de Betuwe.
Delahaye oogst kritiek. Hij vraagt zich openlijk af of Karel de Grote wel een paleis had laten bouwen op het Valkhof in Nijmegen. De bewering dat de naam Noviomagus niet naar Nijmegen verwijst maar naar Noyon, maakt zijn positie in de Waalstad onhoudbaar. Hij vertrekt als adjunct-archivaris van Nijmegen.
1548
Als 800 niet het jaar is dat het latere Erlecom wordt genoemd, dan is het eerste bekende schrift van de naam 1548. In een processtuk uit dat jaar wordt gesproken over de scheiding tussen Erlicum en Ghent door de Waal. Een tekening uit 1544 toont een eiland in de Waal tussen Gendt en Ooij. De naam Erlecom staat daar nog niet genoemd. Ook niet in het Leenaktenboek dat in 1539 eenen hoff geheiten den Gelderschen weert plaatst in het kerspel Gent, waarschijnlijk verwijzend naar de Erfhofmeesterij in Erlecom.